30 January 2016

Waarom bestaat Eva Jinek? Over de meest fundamentele filosofische vraag die je kunt stellen

Waarom bestaan er muggen?


Eva Jinek: Waarom bestaan er muggen?

Een kostelijk fragment in de talkshow van woensdag 27 januari:

Eva Jinek
"Bart Knols, zo'n klein beest, zoveel ellende. 
Ik heb maar één grote vraag: 
Waarom bestaan er muggen?"

Zou die vraag werkelijk voortkomen uit levensbeschouwelijke en wetenschappelijke naïviteit? Of is dit een leuke introductie van het onderwerp?


Mijn antwoord zou zijn: Eva, er zijn 2 opties: 
1) als je gelooft, dan heeft God die mug geschapen. 
2) als je wetenschappelijk denkt, dan is die mug door evolutie ontstaan.

Bart Knols geeft een antwoord in de trant van die mug bestaat om zoveel mogelijk bloed te zuigen als voedsel en om zich voort te planten.

Jammer, dat hij niet inging op het nauwelijks verhullend antropocentrisch denken dat achter die vraag schuil gaat. Alsof de mens de maat der dingen is. Alsof alles wat bestaat beoordeeld moet worden met het criterium of het nut heeft voor de mens! Hoe naïef! De mens zou die mug moeten uitroeien omdat die schadelijk is voor de mens. 

Met hetzelfde recht zouden dieren kunnen vragen: De mens: zoveel ellende! Waarom bestaat de mens? Met name dieren in de bio-industrie die vreselijk te lijden hebben onder de mens. De mens die tevens hele diersoorten heeft uitgeroeid of gedecimeerd: de dodo, de Amerikaanse trekduif, etc. De mens die regenwouden met alles wat daar in leeft in een ongekend tempo aan het vernietigen is. Wat een ellendig dier, die mens!

Het is trouwens niet die mug maar het Zika virus dat het bij zich draagt. De mug zorgt ongewild voor de verspreiding van het virus.



TV fragment:


Killermug ook bedreiging voor Europa volgens expert Bart Knols
( 15:15)

Die vraag: Waarom bestaan er muggen? is toepasbaar op alle schadelijke dieren, of zgn 'ongedierte'. Bijvoorbeeld de muizenplaag in Friesland: waarom bestaan er muizen?  ('Landbouw zelf schiep dit muizenparadijs', Marianne Thieme in de Trouw 30 januari 2016)


Waarom bestaat de mens?

Vanuit het perspectief van de natuur is de mens de grootste bedreiging door middel van: landbouw, bioindustrie, boskap, veroorzaker van invasieve soorten, jacht, stroperij, stadsuitbreiding, bosbranden, klimaatopwarming, mijnbouw, infrastructuur (autowegen, spoorlijnen, luchthavens, kanalen, dammen), lucht- , water- en bodem verontreiniging, plastic soep in de oceanen, visserij, radioactief afval, dieren als verkeerslachtoffers, circussen, dierentuinen, dolfinaria, roofvogelshows, valkerij, etc. Pas op voor de Killermens!

25 January 2016

Filosoof Erno Eskens maakt ten onrechte van Darwin een eugenetica aanhanger.

In zijn fraaie boek 'Een beestachtige geschiedenis van de filosofie' (zie vorig blog) citeert filosoof Erno Eskens een passage uit The Descent of Man van Charles Darwin om aan te tonen dat Darwin een eugeneticus was. Echter, direct na de passage die Eskens citeert, maakt Darwin duidelijk dat hij uit morele overwegingen eugenetica niet op de mens wil toepassen. Dat laat Eskens weg. 

Eskens geeft zodoende in zijn boek een misleidend beeld van de opvattingen van Darwin. Ik heb hem hierover gemaild en heb een reactie gekregen. Maar eerst de passage in het boek. Eskens opent hoofdstuk 23 'Intellect als dienstmaagd van de natuur' met het Darwin citaat (p.317). Nota bene, het staat –zeer suggestief– direct onder een foto van Hitler die een ree voert!

Direct onder een foto van Hitler
staat een Darwin citaat

"Wij beschaafden doen ons uiterste best om eliminatie tegen te gaan; wij bouwen gestichten voor krankzinnigen, idioten, verminkten en zieken; wij maken armenwetten en onze geneeskundigen doen hun uiterste best om ieders leven zo lang mogelijk te rekken. Op die wijze worden de zwakke leden der beschaafde maatschappijen in staat gesteld hun soort voort te planten. Niemand die acht heeft geslagen op de voortteling onzer huisdieren zal betwijfelen, dat zulks hoogst nadelig op het mensenras moet inwerken." [1]
Maar Darwin gaat daarna door met:
"It is surprising how soon a want of care, or care wrongly directed, leads to the degeneration of a domestic race; but excepting in the case of man himself, hardly any one is so ignorant as to allow his worst animals to breed.

The aid which we feel impelled to give to the helpless is mainly an incidental result of the instinct of sympathy, which was originally acquired as part of the social instincts, but subsequently rendered, in the manner previously indicated, more tender and more widely diffused. Nor could we check our sympathy, even at the urging of hard reason, without deterioration in the noblest part of our nature. The surgeon may harden himself whilst performing an operation, for he knows that he is acting for the good of his patient; but if we were intentionally to neglect the weak and helpless, it could only be for a contingent benefit, with an overwhelming present evil. We must therefore bear the undoubtedly bad effects of the weak surviving and propagating their kind; but there appears to be at least one check in steady action, namely that the weaker and inferior members of society do not marry so freely as the sound; and this check might be indefinitely increased by the weak in body or mind refraining from marriage, though this is more to be hoped for than expected." (bron)
Hierin zegt Darwin duidelijk dat ook al kunnen we met het verstand de nadelige effecten van zorg voor de armen, zieken, etc zien, het zou erg onsympathiek zijn om niet voor de armen, zieken te zorgen. Want sympathie is het "noblest part of our nature". Darwin ziet de potentiële evolutionaire gevolgen van zorg voor de zwakkeren, maar wil niet de zwakkeren elimineren zoals je bij huisdieren zou doen. Het is dus misleidend om juist dat gedeelte weg te laten.
Ook stelt Darwin helemaal geen eugenetische maatregelen voor, maar hoopt dat het probleem zichzelf oplost doordat die zieken zich niet zullen voortplanten. Dus je kunt hieruit niet concluderen dat Darwin een voorstander is van eugenetica. Integendeel: hij is een tegenstander. (Eskens weet dat de term ' eugenetics'  niet door Darwin maar door Francis Galton, een neef van Darwin, is bedacht. (p.319)

Ik heb Eskens per email op de hoogte gebracht. Met zijn toestemming citeer ik zijn antwoord:
Beste Gert Korthof,

Dank voor je commentaar op mijn Beestachtige geschiedenis van de filosofie. Ik ben het met je eens dat ik maar een deel van Darwins argumentatie heb laten zien. Misschien had ik de rest erbij moeten vermelden, maar eerlijk gezegd denk ik niet dat ik daarmee een ander beeld van Darwin had geschetst. Het door jou aangehaalde slotbetoog van Darwin - gelukkig zijn we aardig voor de zwakken - bevat eigenlijk geen enkel wetenschappelijk argument. Weliswaar vindt hij eugenetica 'evil', maar dit lijkt bij hem een morele intuïtie te zijn die nauwelijks past in zijn evolutietheorie. De theorie zegt dat het fokken met zwakke dieren tot degeneratie leidt en dat dit bij mensen niet anders is. Dit argument raakt het hart van Darwins werk. Mensen die dit ontkennen zijn volgens Darwin niet voor niets 'ignorant'.
Darwin beschrijft de zorg voor de zwakken in de passage die ik heb weggelaten als een 'incidental result of the instinct of sympathy, which was originally acquired as part of the social instincts'. Het is een toevallige mutatie, zo lijkt het, en deze mutatie is evolutionair gezien niet essentieel voor het voortbestaan van de soort. Voor de soort blijft het beter om de zwakken niet te laten voortplanten. Dat Darwin op het eind de hoop uitspreekt dat de zwakken zich uit vrije wil niet voortplanten, heeft iets weg van een wanhopige poging om dat 'incidental result' te corrigeren.
Hij voegt er bovendien aan toe dat het goed is dat de zwakken zich niet zo 'freely' mogen voortplanten, waarmee we in mijn optiek weer terug zijn bij het project van de eugenetica dat hij eerder als evil heeft omschreven. Het kwaad blijkt onvermijdelijk.

Ik denk dus dat Darwin toch wel een bom legt onder het democratische project. Voor Darwin lijken de burgers niet gelijk te kunnen zijn, omdat de voortplanting van de zwakken de veerkracht van de soort ondermijnt. Ik denk dan ook dat het logisch is dat de latere eugenetici, waaronder veel antidemocraten, wel degelijk een punt hadden toen ze zich op Darwin beriepen. Eugenetica volgt logischerwijs uit Darwins werk. Het is een feit waar we het liever niet over willen hebben, omdat de evolutietheorie wetenschappelijk gezien zeer sterk is. Daarom benadrukken de meeste auteurs dat de evolutietheorie prachtig is, en poetsen ze het ongemakkelijke eugenetica snel onder het vloerkleed. Ik had daar geen zin in, omdat het ongemak bij de theorie hoort en vooral omdat het de geschiedenis vertekent. Hitler had zijn boek nooit kunnen schrijven zonder het voorwerk van Darwin. Natuurlijk zou Darwin zich omdraaien in zijn graf als hij het boek van Hitler had gelezen. Darwin wilde de eugenetica, die volgde uit zijn eigen wetenschappelijke theorie, om morele redenen niet accepteren. Dat pleit wellicht voor Darwin, maar het neemt het feit niet weg dat eugenetica een onvermijdelijk onderdeel is van zijn evolutietheorie.

Hartelijke groet, Erno Eskens"    (bold van mij)

In het eerste gedeelte van zijn antwoord lijkt Eskens te verdedigen dat Darwin een eugeneticus was. Maar in de één na laatste zin (door mij in bold weergegeven) erkent Eskens dat Darwin om morele redenen eugenetica niet op de mens wilde toepassen. Dat eugenetica logisch dwingend zou volgen uit zijn theorie, is –volgens mijn bescheiden mening– een elementaire argumentatiefout. Nooit volgt een ethiek of politiek uit een wetenschappelijke theorie. Altijd heb je een ethische premisse nodig om een normatieve conclusie te trekken. Zelfs als zo'n ethische conclusie is getrokken, kan eugenethiek democratisch (vrijwillig) of niet-democratisch (dwingend) uitgewerkt worden.
Darwin betoogt dat de effecten van natuurlijke selectie en het ontbreken ervan, niet alleen voor planten en dieren opgaan, maar ook voor de mens zelf.
Darwin was een van de eersten die zag dat het terugdringen van natuurlijke selectie bij de mens nadelige effecten had op de kwaliteit van ons erfgoed (het genoom zouden we nu zeggen). Dat is een nieuw inzicht. Het voert te ver om hier de huidige wetenschappelijke stand van zaken over dit thema uit de doeken te doen. William Hamilton is één van de evolutiebiologen die het onderwerp bestudeerd heeft (hier heb ik een bespreking geschreven). De laatste paar jaren is het onderzoeksgebied van human genome editing in een stroomversnelling geraakt [3].

In de noten geef ik redenen waarom Eskens' verdediging in de rest van zijn antwoord zwak is [2].


Conclusie


De manier waarop Eskens in zijn proefschrift omgaat met de tekst van Darwin is onprofessioneel. Je hoeft geen bioloog of expert in de geschiedenis van de wetenschap te zijn om dit soort fouten te vermijden. Gewoon de originele passage opzoeken en kijken wat er voor en na de passage staat. Zo voorkom je dat je een passage out-of-context citeert en de verkeerde conclusies trekt. Zijn promotor prof. Cliteur had de eindverantwoordelijkheid voor het proefschrift, hij had borg moeten staan voor de kwaliteit van dit proefschrift. Onder dit voorbehoud wil ik niemand het leesplezier onthouden die Een beestachtige geschiedenis van de filosofie mij gegeven heeft.



Noten


  1. Er zijn een aantal vreemde zaken rondom het Darwin-citaat dat Eskens op pagina 317-318 geeft:
    • Ten eerste is het citaat is in het Nederlands en Eskens verwijst via noot 574 naar de Engelse uitgave van 1871 pag. 168. Toch is het  waarschijnlijk niet zijn eigen vertaling, want het bevat uitdrukkingen als 'leden der beschaafde' en 'voortteling onzer huisdieren', verouderd Nederlands dus.
    • Eskens heeft dit citaat eerder gebruikt op donderdag 11 november 1999 op de website filosofie.nl onder de titel Darwins tijdbom: debat over humane selectie laait op. (Taede Smedes zou zeggen: " een schoolvoorbeeld van zelfplagiaat" :-).
    • Gek genoeg is exact hetzelfde citaat te vinden bij Chris Rutenfrans 23 okt 1999 in de Trouw! en in:
    • Werkplaats Biopolitiek. Darwins racisme. 22 april 2003.
    • Wat alles pas echt opvallend maakt is dat in alle vier bovengenoemde citaten de tweede zin ontbreekt: "There is reason to believe that vaccination has preserved thousands, who from a weak constitution would formerly have succumbed to small-pox.". De enige die het ontbreken aangeeft met (...) is ' Werkplaats Biopolitiek'. Die zin is niet cruciaal, maar het toont aan dat Eskens waarschijnlijk nooit een origineel heeft gezien en teksten van het internet heeft gecopieerd. Die van Rutenfrans is de oudste (23 okt 1999), dus Eskens heeft het incomplete en afgekapte citaat waarschijnlijk van Rutenfrans gecopieerd! Het lijkt er op dat Eskens in zijn proefschrift zijn oordeel over Darwin van 16 jaar geleden herhaald heeft zonder nader onderzoek.
  2. Enige voorbeelden uit de email van Eskens:
    • Uit het hele verweer van Eskens blijkt dat hij meent dat je uit een wetenschappelijke theorie normatieve uitspraken kunt afleiden. Volgens mij is het nog steeds niet gangbaar in de filosofie dat je uit een is een ought kunt afleiden. Iedereen die zich op Darwin beroept miskent de kloof tussen feit en norm (is-ought), en miskent het feit dat Darwin nooit een eugenetica programma heeft voorgesteld, en zich uitgesproken heeft tégen het toepassen van eugenetica op de mens nota bene op morele gronden.
    • "...een morele intuïtie te zijn die nauwelijks past in zijn evolutietheorie". Notabene: Darwin is op morele gronden tegen eugenetica toegepast op de mens. Dat is een cruciaal gegeven en dat had Eskens sowieso moeten vermelden.
    • 'incidental result of the instinct of sympathy, which was originally acquired as part of the social instincts'. Maar dit betekent: een neveneffect van sociale instincten. Aanpassingen hebben gewoonlijk neveneffecten. Dat heeft niets met 'toevallige mutatie' te maken. Eskens begeeft zich op terrein waar hij geen expertise heeft.
    • "Eugenetica volgt logischerwijs uit Darwins werk": hier maakt Eskens weer dezelfde fout: 'ought' volgt niet uit 'is' . Hoe vaak deze fout ook gemaakt wordt, het blijft fout.
    • "Dat Darwin op het eind de hoop uitspreekt dat de zwakken zich uit vrije wil niet voortplanten" bewijst Darwins democratische insteek, want hij wil geen gedwongen maatregelen.
    • "Hitler had zijn boek nooit kunnen schrijven zonder het voorwerk van Darwin." Een zeer heftige claim! Eskens geeft geen bewijs voor zijn stelling. Alsof Hitler eerst ging zoeken naar wetenschappelijke gegevens in de literatuur vóórdat hij de oorlog begon en de Joden wilde uitroeien! Dit is typisch voor creationisten en ID-ers.
    • "Natuurlijk zou Darwin zich omdraaien in zijn graf als hij het boek van Hitler had gelezen." Dat is precies mijn punt! Dat komt omdat Darwin geen eugeneticus was! En helemaal als Darwin had geweten zoals wij nu wat Hitler gedaan had. Een filosoof die uitgebreid en m.i. kritiekloos aan bod komt, (compleet met foto met Hitlersnor) Martin Heidegger was een bewonderaar van Hitler en zelfs "na de Tweede Wereldoorlog neemt Heidegger geen afstand van zijn nazistische verleden" schrijft Eskens op pagina 331. Darwin wist niets van de gruwelijkheden van de Tweede Wereldoorlog.
  3. Volgens een opinie artikel in de Science van 22 Jan 2016: "Human genome editing is a powerful tool that offers great scientific and therapeutic potential". Echter, in veel landen is er wetgeving die het genetisch wijzigen van eicellen of embryo's verbiedt of beperkt. Zie ook mijn blog KNAW symposium: Moeten we van iedere patient het complete DNA sequencen?. Er is een groot verschil tussen eugenetica in een medische context waarbij het individu centraal staat en een hypothetische 'bevolkings-eugenetica-politiek'. 
 

  Blogs over Darwin

18 January 2016

Erno Eskens: Een beestachtige geschiedenis van de filosofie. Een bespreking.

Bespreking Een beestachtige geschiedenis van de filosofie, van Erno Eskens (2015), ISVW uitgevers, hardback, 478 blz., 310 illustraties in kleur en zwart-wit, glanzend papier, uitgebreid notenapparaat, literatuurlijst, register, met leeslint. prijs € 37,50

Een beestachtige geschiedenis van de filosofie gaat over de vraag: wat hebben grote filosofen in de Westerse filosofie gezegd over het zelfbeeld van de mens, over dieren, over het verschil tussen mens en dier, en de mens-dier relatie. 

Eskens behandelt dit onderwerp chronologisch, beginnend met de Griekse filosofie en eindigend met nog levende filosofen. Hij wil deze geschiedenis schrijven zonder moreel oordeel. In het slothoofdstuk geeft Eskens zijn eigen filosofie van het dier, volgens mij een originele opvatting over het dier. Die opvatting bevat ook een waardeoordeel, want het zegt iets over hoe we ons zouden moeten gedragen ten opzichte van dieren.


De beestachtige geschiedenis

Filosofen hebben genoeg geschreven over dieren om zo'n beestachtige geschiedenis mogelijk te maken. Bovendien vat Eskens het begrip 'filosofie' ruim op. Er komen vele niet-filosofen aan bod: biologen als Carolus Linnaeus, Charles Darwin, Konrad Lorenz, Niko Tinbergen, Frans de Waal; rechtsgeleerden als Hugo de Groot en Thomas Jefferson; schrijvers als J. M. Coetzee; psychologen als B.F. Skinner, en de psychiater Sigmund Freud. Ik zie dat als een pluspunt. Wanneer relevant wordt ook de maatschappelijke context gegeven, zoals de bouw van gevangenissen, de aanleg van tuinen, slavernij, vrouwenrechten, etc. Hij beperkt zijn onderwerp dus niet geforceerd tot filosofen. Wanneer Eskens zijn taak zo ruim opvat is het boek zeker een beestachtig ambitieus project te noemen. Niet minder dan een Westerse cultuurgeschiedenis van mens-dier relaties van de afgelopen 2500 jaar! [1]

In de inleiding schrijft Eskens "Geen aap, dolfijn of olifant is in staat om een Kritiek van de zuivere rede te schrijven, of zelfs maar te lezen." Dat moge zo zijn, er is echter maar één van de 7 miljard mensen die bewezen heeft dat boek te kunnen schrijven, en dat is Immanuel Kant. En de groep die het werk kunnen lezen én begrijpen is maar net ietsje groter. Dat is niet representatief voor de menselijke soort. De menselijke soort is niet een soort waarvan de individuen dagelijks de Kritiek van de zuivere rede of soortgelijke werken bestuderenHet is dus niet een correcte karakterisering van de menselijke soort. De gemiddelde mens leest zo'n boek niet, laat staan dat hij het zou begrijpen [5].

Het meest fascinerende van het boek vind ik dat mens-dier relaties in de loop der eeuwen zijn veranderd. Wat mij betreft zijn hoofdstukken 18 en 19 (toevallig over de 18e en 19e eeuw!) de belangrijkste hoofdstukken omdat daar het begin zichtbaar wordt van een omslag in het denken over dieren. Descartes is berucht door zijn opvatting dat dieren automaten zijn en dus geen pijn kunnen voelen. Spinoza en Voltaire reageren daartegen door op te merken dat dieren geen automaten zijn en wel gevoel hebben. Kant meende nog dat mensen geen plichten hadden ten opzichte van dieren (dieren zijn dingen!), maar een beschaafd mens martelt dieren niet, en behandelt ze 'humaan'. De filosoof Bentham zegt over mensen dat "uit ons vermogen tot pijn en genot volgt dat we belangen hebben". Merkwaardigerwijs geeft Eskens hier niet het beroemde Bentham citaat "The question is not, Can they reason? nor, Can they talk? but, Can they suffer?" [2].

Filosofen die mij verder opvielen: Pythagoras was vegetariër, Aristoteles niet (dieren zijn er om op te eten!); Plutarchus was als enige van zijn tijd tegen onnodig dierenleed (dieren zijn slim en hebben bewustzijn!); volgens de Bijbel: "alles wat beweegt is voedsel voor U" (!); over de opvattingen van Jezus zegt Eskens niets, Jezus was geen vegetariër, want hij at in ieder geval vis en waarschijnlijk ook (lams)vlees, en heeft nooit iets aardigs over dieren gezegd, en reisde op de rug van een ezel; de Romeinen gingen op zijn zachtst gezegd weinig respectvol om met dieren, denk aan de dierengevechten [3], Franciscus van Assisi heeft in feite niets (vriendelijks) over dieren geschreven; Michel de Montaigne pleit voor respect voor dieren en had helaas maar een kleine groep volgelingen; het is niet bewezen dat Leonardo da Vinci een
vegetariër was; John Locke had compassie met dieren (het dier reageert als een automaat, maar dat is geen reden om onaardig tegen dieren te doen [4]); Jean-Jacques Rousseau deed aardig tegen zijn hond omdat het een bezield dier was; Schopenhauer was pro-dier; Nietzsche was niet wreed tegen dieren; Albert Schweitzer (eerbied voor het leven) liet zich fotograferen met het symbool van de onschuld: het ree. Hitler trouwens ook (de afbeeldingen komen in het boek voor!). Moderne, nog levende filosofen als Peter Singer ontbreken natuurlijk niet.


Slothoofdstuk

Het slothoofdstuk is samenvattend en iets meer thematisch, hoewel daar ook weer de drie tijdperken gebaseerd op een metafoor van Plato terugkomen, met dwars daar doorheen een andere chronologische indeling: 'de eerste, tweede en derde dierenbevrijding'. Na de tweede wereldoorlog verandert de verhouding tussen mens en dier opnieuw en dat zou dan 'de vierde dierenbevrijding' zijn? Hoe dan ook, de filosoof Jeremy Bentham blijkt een keerpunt te zijn in het denken over dieren. "Wat aansluit bij de werking van het fysieke lichaam is goed". Daarom komt het er op aan pijn te vermijden. Henry Salt (1851-1939) gaat nog verder en wil dieren rechten geven gebaseerd om hun behoeftes.
Vanaf 1870 begint de industrialisering van de landbouw en veeteelt op gang te komen die uitmondt in de huidige bio-industrie. Paradox: de dierfilosofie wordt diervriendelijker, de praktijk wordt wreder en wreder. Eskens benoemt deze discrepantie niet expliciet. Vlees is nog nooit zo massaal en zo goedkoop geproduceerd. Dientengevolge hebben dieren in de 'intensieve veehouderij' het nog nooit zo slecht gehad. Zijn er filosofen die dit expliciet ontkennen en dieren rechten onthouden? Bestaat er een Descartes in een modern jasje?


Twee versies van een landschap door Humphry Repton.
In de onderste versie zijn de stukken vlees en de ganzen verwijderd
(tevens de oude man met ooglap, houten been en geamputeerde arm,
en de postkoets, en vervangen door heggen en rozenstruiken.
Afbeelding: Erno Eskens (2015), pag. 261. [6]
De originelen zijn hier en hier te zien. Toelichting hier.

De onzichtbaarheid van de bio-industrie en vooral wat er in slachthuizen gebeurt is misschien de achterliggende gedachte bij de ongebruikelijke vraag van Floris van den Berg bij de promotie van Eskens om een plaatje toe te voegen die de realiteit van de bio-industrie zichtbaar maakt. Maar ook een ongepaste opmerking tegen iemand die een boek heeft geproduceerd met ruim 300 illustraties, aangezien er in de boeken van van den Berg geen plaatjes voorkomen. Eskens toont met bovenstaand plaatje [6] aan dat men dode dieren (dwz herkenbare onderdelen van een dier) op een gegeven moment in de geschiedenis aan het zicht wil onttrekken. Verder heeft Eskens nog een afbeelding op pagina 388 van een groots opgezet slachthuis rond 1873 in Amerika, een voorloper van de bio-industrie.

Als je weet hoe Eskens over dieren denkt dan heeft hij een behoorlijke neutrale geschiedenis van het denken over dieren geschreven. Alleen in het slothoofdstuk komt iets van zijn eigen mening naar voren, gebaseerd op zijn vorige boek Democratie voor dieren. Ik ben nieuwsgierig geworden naar dat boek. Eskens eigen theorie is gebaseerd op het idee dat dieren iets willen, en dus belangen hebben. Je kunt het niet aan ze vragen, maar je kunt ze observeren. Mee eens. Je kunt stress observeren en meten. Net als bij mensen. In mijn eigen woorden: dieren hebben lichamen, en dus kunnen ze hongerig, dorstig, vermoeid, angstig, oververhit, onderkoeld, gewond of ziek zijn. Net als mensen. Dus zouden dieren net als mensen gevrijwaard moeten zijn van deze ongemakken. Aangezien zij niet voor zichzelf kunnen opkomen, net als babies, geestelijk gehandicapten en demente bejaarden, moet iemand ze vertegenwoordigen in de politiek. Zijn promotor Paul Cliteur zei heel gevat: mensenrechten is eigenlijk een discriminatoir begrip. Vergelijk de term met 'mannenrechten'.

Ik vraag mij af hoe een geschiedenis van mens-dier relaties er uit zou zien als het door een historicus, jurist, kunsthistoricus of bioloog geschreven zou zijn. Grotendeels dezelfde personen zouden aan bod komen, maar vermoedelijk zouden filosofen als Plato, Spinoza, Levinas, Jaspers, Foucoult, Lyotard, Derrida, Heidegger, Sloterdijk ontbreken. Er zouden ongetwijfeld personen of zaken in voorkomen die niet in dit boek te vinden zijn. 
Op pagina 387 staat: 'aminozuren in het menselijk DNA'. Er zitten geen aminozuren in DNA, er zitten wel eiwitten, dus aminozuren, in chromosomen. Interessant is dat Eskens een oproep doet aan biologen om een indeling te maken van dieren op basis van het vermogen pijn te lijden zodat dieren een adequate bescherming kunnen krijgen [7].

Deze geschiedenis van het dier in de filosofie is nuttig omdat je in hedendaagse dieronvriendelijke meningen vaak de meningen van filosofen in het verleden kunt herkennen. Het is een werk dat makkelijk leest, en dat je goed als naslagwerk kunt gebruiken. Ook al vanwege de vele referenties naar de literatuur. En natuurlijk is het een plezier om door te bladeren vanwege de vele illustraties.
Tenslotte nog één punt van kritiek. Eskens citeert Charles Darwin op een problematische manier. Dat komt aan de orde in een volgend blog.


Noten

  1. Het is in ieder geval veel ruimer van opzet dan bijvoorbeeld Het dierloze gerecht. Een vegetarische geschiedenis van Nederland van Dirk-Jan Verdonk. Of het Engelse 'Man and the natural World' dat zich beperkt tot Engeland en 3 eeuwen beslaat, zie noot 6. Een bioloog of historicus zou De Nederlandsche Vogelen vermelden, met name de wreedheid ten aanzien van vogels vermelden, zie mijn blog: Nederlandsche Vogelen (5) Zo vroom en zo wreed. Waarom vroomheid niet helpt tegen wreedheid (26 Jan 2015)
  2. Bentham wikipedia artikel 
  3. De verhouding tussen Romeinen en wilde dieren (website)
  4. "Locke vindt dat ouders moeten optreden tegen kinderen die dieren mishandelen. Want die gewoonte om dieren maar te martelen en te doden zal uiteindelijk op een of andere manier ook leiden tot hardheid jegens mensen" (p.212) 
  5. Een iets betere vergelijking zou zijn het lezen van de Koran of de Bijbel! Vergelijk: er heeft maar één van de 7 miljard mensen bewezen de Matthäus-Passion te kunnen componeren. Zie mijn blog: De muziek van vogels en walvissen is toch iets anders dan Bach   
  6. Erno Eskens schrijft in noot 456 dat de tekening voorkomt op pagina 300 van Keith Thomas 'Man and the natural World. Changing attitudes in England 1500-1800', Penguin London, 1983. Maar op pagina 300 staat een zw afbeelding van een haas. De Penguin pocket bevat sowieso geen kleurenafbeeldingen en geen schilderij van Humphry Repton.
  7. De enige dieren die geen spieren of zenuwen hebben: Sponsdieren (Porifera) en Plakdiertjes (Placozoa) kunnen waarschijnlijk geen pijn lijden. Misschien moeten we deze dieren gaan gebruiken als bron van dierlijke eiwitten (vlees kun je het niet noemen, want ze hebben geen spieren! maar: waarom zou je spieren willen eten?) [toegevoegd: 21 jan 2016]

Op 23 september 2015 promoveerde Erno Eskens aan de Universiteit Leiden op het proefschrift Een beestachtige geschiedenis van de filosofie. Zie:
Erno Eskens promoveert op Een beestachtige geschiedenis van de filosofie I, en deel 2  op vimeo (23-09-2015) en hier. De volledige titel van het proefschrift luidt: "Een beestachtige geschiedenis van de filosofie: De veranderde verhouding tussen mens en dier in het psychologische, politieke, juridische en wijsgerige denken.". Ik kon het proefschrift niet vinden in de database van de Leidse Universiteit. Erno Eskens was ook te gast in Wim Brands boekenprogramma.

 

Naschrift

11 January 2016

Alle uitspraken van Jezus zijn ook maar meningen, een filosofische fundering ontbreekt

Slecht nieuws voor naastenliefde. Mensen hebben eeuwenlang naastenliefde gepredikt en in de praktijk proberen te brengen. Het slechte nieuws is: het is ook maar een mening, want iedere filosofische fundering ontbreekt. Tenminste, een filosofische fundering voor naastenliefde wordt niet door Jezus in de Bijbel gegeven. De Bijbel is überhaupt geen filosofisch leerboek. Ondanks het feit dat de grondleggers van de Westerse filosofie, Socrates, Plato en Aristoteles allemaal vóór Christus leefden.

De Tien Geboden, zijn precies wat het woord zegt: geboden. Geboden zijn geen argumenten. Geboden moet je gehoorzamen. Het is geen uitnodiging tot discussie.

Waarom moet je je vijanden liefhebben zoals Jezus leerde? waarom zou je? Wat is de reden? De Bergrede begint met de acht zaligsprekingen. Jezus neemt het op voor de armen en de zwakkeren. Maar waarom? De Zeven deugden: waarom? De 7 hoofdzonden: waarom? Rentmeesterschap: waarom? De apostolische geloofsbelijdenis: waarom?

Slecht nieuws voor christelijke ethiek: het is ook maar een mening, iedere filosofische fundering ontbreekt in de Bijbel. Je zou dat filosofisch fundament alsnog kunnen ontwerpen. Maar dan is het mensenwerk en niet afkomstig uit de Bijbel of van God. Bestaat er een christelijke ethiek die niet op God, Jezus of de Bijbel is gebaseerd?

Francis Collins (2006) schrijft dat de menselijke moraal op God gebaseerd is. Maar dat is een autoriteits argument. Een autoriteit heeft het gezegd. Dat is een lange traditie in het Christendom. En vele vinden het nog steeds vanzelfsprekend. Maar wat is de filosofische fundering van de christelijke ethiek?

Deze vragen dringen zich op na het lezen van het review van het boek van Floris van den Berg Beter Weten door de theoloog-godsdienstfilosoof Taede Smedes en de opmerkingen van historicus Luther Zevenbergen (op dit blog).

Nu kun je tegenwerpen: je kunt de uitspraken van Jezus en God toch niet vergelijken met die van Floris van de Berg? Floris van den Berg is een filosoof, dus die moet zijn uitspraken filosofisch funderen. Maar de overeenkomst is dat het om ethiek gaat. Het zijn beide ethische systemen. Floris van den Berg geeft een ethiek van het ecohumanisme. God (o.a. in de Tien Geboden) en Jezus (o.a. Naastenliefde, en de Bergrede) geven ook een ethiek. Waarom zou je in het ene geval eisen dat de ethiek filosofisch gefundeerd moet worden, en in het andere geval niet? Dat is meten met twee maten.

Volgens Luther Zevenbergen is het zelfs niet voldoende als je een ethisch axioma aanneemt, zoals Floris van den Berg doet ("het onnodig toebrengen van pijn aan anderen is slecht"). Ook kan ik me voorstellen dat je bijvoorbeeld naastenliefde als ethisch axioma neemt. Maar volgens Zevenbergen: "Je moet beargumenteren waarom die uitgangspunten leidend zijn. Verder moet je die uitgangspunten tenminste contextualiseren in het filosofische debat." Ik weet niet precies wat dat inhoudt, maar het lijken mij zware eisen. Misschien terecht. Maar dan moet je die strenge eisen ook aan de christelijke ethiek stellen. Aan atheïstische ethiek, islam ethiek, boeddhistische ethiek, Hindu ethiek, aan alle ethiek.

De gevolgen van de kritiek op het gebrek aan filosofische fundering van ethische systemen zijn verstrekkend. Je gaat de grote morele leiders van de mensheid met andere ogen bekijken: Albert Schweitzer, Mahatma Gandhi, Jezus van Nazareth, Boeddha, Nelson Mandela, Martin Luther King, [1]. Het is niet alleen funest voor religieuze en niet-religieuze ethische systemen, maar ook alle zgn. goede doelen. Waarom zijn die doelen goed? Artsen zonder grenzen heeft wel een doelstelling, maar wat is de filosofische fundering? Idem: Greenpeace, Natuurmonumenten, Amnesty International, Hartstichting, KWF, Nierstichting, etc. etc. etc. De kritiek is op alle goede doelen van toepassing. Het probleem neemt schrikbarende proporties aan: er zijn ongeveer 9000 goede doelen. Geen geld geven zolang hun filosofische fundering niet in orde is? Dat zou dramatische gevolgen hebben.

Tot slot nog het ethisch en politiek fundament van de Amerikaanse samenleving:
"We hold these truths to be self-evident, that all men are created equal, that they are endowed by their Creator with certain unalienable Rights, that among these are Life, Liberty and the pursuit of Happiness." (bron)
Self-evident? volgens de definitie is dat een (ethisch) axioma.

Noten
  1. deze zin toegevoegd 13 jan 2016 .
kleine redactionele edit: 15 jan.

Eerder blog: 

Fundering van de moraal bij Paas en Peels is een anachronisme
17 maart 2014:

"De mensenrechten worden niet op eens waardeloos als ze geen theologische of filosofische fundering hebben. Mensenrechten zijn en blijven belangrijk. Zouden er echt mensen zijn die tegen mensenrechten zijn omdat ze 'geen fundering' hebben? Mensen folteren mag, omdat we niet weten hoe we mensenrechten moeten funderen?"

07 January 2016

Dieren zijn slimmer dan je denkt (1)

kaketoe Figaro gebruikt zelf gemaakt gereedschap
Onderzoekers zagen tot hun verbazing hoe kaketoe Figaro zelf gereedschap maakte om een nootje dat buiten zijn bereik lag te pakken te krijgen. Hij maakte een houtsplinter van een houtenbalk met zijn snavel.

Figaro houdt met 1 poot het plankje vast ...

... en haalt er met zijn snavel een dun reepje van af !
Verbazingwekkend is hoe Figaro een dun stukje losmaakt van het blokje hout en met een handige zwiep het nootje naar zich toe haalt.
Geintrigeerd door dit intelligente gedrag vroegen de onderzoekers zich af of zijn soortgenoten dit ook konden leren. 

Ze bedachten een proefopstelling waarbij ze Figaro een stukje hout gaven terwijl een andere kaketoe toekeek.

Een tweede kaketoe (kop net zichtbaar boven in beeld)
kijkt toe hoe Figaro het doet

Een tweede kaketoe kijkt het kunstje af, en kan het vervolgens zelf ook.
De onderzoekers hebben aangetoond dat deze kaketoes (soort) zelf gereedschap kunnen maken om voedsel te bemachtigen, maar ook dat door sociaal leren en imitatie deze vogels de kunst kunnen doorgeven. Dit was eerder bekend van apen, maar nog niet bij kaketoes. Dieren zijn slimmer dan je denkt!

Op deze pagina's staan de filmpjes:

01 January 2016

Herman Finkers: religie is als een theelepeltje. Oudejaarsconference 2015

Herman Finkers: met een theelepeltje kun je heel
makkelijk een oogbal uit de oogkas wippen!
youtube (t= 5.43 min)

 

Herman Finkers als verdediger van religie in zijn oudejaarsconference:

"Een Nederlandse intellectueel zei: In elke religie schuilt potentieel gevaar. Dus: weg met religie.
Net als in elk theelepeltje. Want met een theelepeltje kun je heel mooi een oogbal uit een oogkas wippen. Dus: weg met het theelepeltje. Kurkentrekkers zijn ook mooie dingen." 

Een echte aanval op de Nederlandse elite en verdediging van religie! 

De theelepel metafoor is erg handig gekozen. De bedoeling lijkt te zijn: religie is inherent goed, maar wordt misbruikt door een handvol gekken. Een theelepeltje is een nuttig en onschuldig gebruiksvoorwerp dat helaas door een zeldzame gek wordt misbruikt. Helaas gaat de vergelijking niet op. In de Bijbel (vooral Oude Testament) en de Koran wordt behalve tot Naastenliefde ook opgeroepen tot geweld en haat. Bijvoorbeeld haat tegen homoseksuelen. Die homoseksuelenhaat noemde Finkers zelf nog. Maar om een theelepeltje te misbruiken moet je creatief en handig zijn. Finkers is kennelijk een ervaringsdeskundige. Ik zelf had er niet aan gedacht. Maar de Bijbel (vooral OT) is vol haat tegen homoseksuelen, tegen iedereen die andere goden dient, en godloochenaars, etc. Je hoeft het zelf niet te bedenken. Het staat kant en klaar voor gebruik in de Bijbel.

Er is nog een reden waarom het theelepeltje slim is gekozen: het is lekker klein en makkelijk weg te stoppen in de keukenla! Religie daarentegen, is alom tegenwoordig in de maatschappij: er zijn theelepeltjegebouwen in iedere dorp of stad (kerken, kathedralen), theelepelclubs (kerkgenootschappen), theelepelpropaganda (religieuze omroepen, evangelisatie, zending), TheeLepelPartij (christelijke politieke partijen), theelepelopleidingsinstituten (theologie studie aan universiteiten, protestantse en katholieke hogescholen en universiteiten), recht op theelepelkeuze (godsdienstvrijheid), theelepeluitgeverijen (religieuze uitgevers), het Heilige Theelepel  Boek (de heilige geschriften), theelepelbeledigingsverbod (verbod op godslastering),  theelepelmerkenoorlogen (godsdienstoorlogen), Staatstheelepelmonopolie (staatsgodsdienst), theelepelaanroep in de troonrede (de bede in de troonrede), de Theelepeleed ("Zo waarlijk helpe mij Theelepel/God almachtig"), de theelepel op de 2-Euro munt (God op de Euro), uit naam van de Heilige Theelepel aanslagen plegen (9/11, Parijs). (Andere suggesties: welkom).

Een ander bezwaar tegen de theelepeltjes metafoor: er worden niet massaal oogballen uit oogkassen gewipt. Door religie worden overal ter wereld homoseksuelen gediscrimineerd. Het meest recente schrijnende voorbeeld was de herinvoering van het verbod op het homohuwelijk in Slovenië na een speciaal voor dat doel door de RK kerk georganiseerd referendum. Dus: anderen het recht om te trouwen met degene waarvan je houdt ontnemen, terwijl je zelf dat recht als vanzelfsprekend wel hebt. In de documentaire over de Amazing Randi kwam een jongeman voor die uit Venezuela was gevlucht vanwege de daar aanwezige levensgevaarlijke homohaat.













 

Dus in plaats van een theelepeltje had Finkers op zijn minst een Zwitsers zakmes als metafoor kunnen kiezen. Op zijn minst. Daar zitten om te beginnen al meer gevaarlijke instrumenten in zoals een mes en een kurkentrekker.  Het toont het veelzijdig karakter van het ding. Daarvan kun je minder makkelijk zeggen dat het totaal onschuldig is. Van de KLM mag je het niet in je handbagage meenemen. Misschien is er een betere metafoor. Een wapen? In handen van leger en politie een nuttig instrument, maar in handen van criminelen levensgevaarlijk.

Conclusie (2 jan 2015)


Dat theelepeltje is enorm slim gekozen: een theelepel is vrijwel 100% onschuldig, heeft nut voor de gebruiker, heeft géén scherpe kanten, je kunt er geen moord mee plegen, en de nadelen zijn vergezocht. In werkelijkheid is religie weliswaar nuttig voor de gebruikers, maar de nadelen zijn concreet, hard, vrijwel onuitroeibaar, en worden gedragen door anderen, zoals de homoseksuelen in Slovenië, Rusland. etc. Doordat gelovigen zich niet zo bezighouden met de nadelen van hun religie, komen ze er ook niet aan toe om die nadelige kanten van religie actief te bestrijden. Daardoor houden katholieken de nadelen van hun eigen godsdienst in stand ten koste van anderen.



De beste wensen voor 2016! Dat het een goed blogjaar mag zijn.